Je hoeft de fiscus niet binnen te laten
Belastingcontroleurs hebben dankzij het ‘fiscale visitatierecht’ het recht bij de belastingplichtige op bezoek te gaan en alle fiscaal relevante documenten in te kijken. Het Hof van Cassatie heeft echter recent geoordeeld dat je daar als belastingplichtige expliciet de toestemming voor moet geven. Bovendien kan je die tijdens het bezoek ook weer intrekken en hen de deur wijzen.
Een ondernemer moet de fiscale inspectie in principe toegang verlenen tot de professionele ruimtes van zijn of haar bedrijf. Inspecteurs mogen zich echter niet met geweld naar binnen werken. Het feit dat de deur van de receptie bijvoorbeeld standaard open waait als iemand in de buurt komt, betekent niet dat inspecteurs zomaar hun gang kunnen gaan.
Het Hof van Cassatie heeft dat principe nu scherper gesteld in een mijlpaalarrest (Cass. 16 juni 2023) waarin staat dat de visitatie enkel kan gebeuren mits een expliciete toestemming. Wil de inspectie ook de privéwoning betreden, dan is daarvoor sowieso een machtiging van de politierechter nodig. Maar ook in dat geval moet de belastingplichtige nog steeds expliciet akkoord zijn dat het gebeurt.
Je kan je bovendien tijdens dergelijk ongemakkelijke bezoek nog steeds bedenken. Aangezien het Hof stelt dat “de toestemming te allen tijde aanwezig moet zijn” kan je die toestemming tijdens een visitatie dus ook weer expliciet intrekken. In dat geval moeten de inspecteurs ophouden met wat ze bezig zijn en ... ophoepelen.
Ook al heeft de fiscus dus geen huiszoekingsrecht maar enkel een visitatierecht, in het kader van een gerechtelijk onderzoek kunnen belastingsambtenaren met een huiszoekingsbevel en onder begeleiding van de politie, alsnog professionele of privégebouwen betreden.
Nog een niet-onbelangrijke bijbedenking. Wanneer je inspectie weigert binnen te laten, kan er een administratieve boete volgen.